Kan een pandrecht worden gevestigd op (deels) onbetaald gebleven en onder eigendomsvoorbehoud (voorwaardelijk eigendom) geleverde zaken?

De Hoge Raad oordeelde op 3 juni 2016 bevestigend (HR 3 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1046, NJ 2016/290).

De discussie in deze zaak had betrekking op een teeltsysteem, door een leverancier onder eigendomsvoorbehoud geleverd aan de koper/schuldenaar. Van de totale koopprijs van € 600.000,– moest nog een bedrag van € 120.000,– worden betaald. De koper/schuldenaar had ten behoeve van diens bank een pandrecht gevestigd op (onder meer) ‘de voorwaardelijke eigendom’ van ‘enige zaak’ die ‘onder opschortende voorwaarde aan de pandgever is overgedragen’. De koper/schuldenaar werd in staat van faillissement verklaard. Nadien betaalde de bank aan de leverancier het restantbedrag en werd het teeltsysteem (met de rest van de onderneming) te gelde gemaakt.

Kern van de discussie was uiteraard de vraag aan wie de opbrengst van het teeltsysteem toekwam, de bank of de curator?

Twee denkwijzen staan tegenover elkaar.

Enerzijds de denkwijze dat je pas eigenaar wordt en pas dan een zekerheidsrecht zoals een pandrecht kan laten vestigen wanneer de gekochte zaak volledig is betaald en het eigendomsvoorbehoud van de leverancier daarmee is komen te vervallen. In juridische termen: de verkrijger onder eigendomsvoorbehoud heeft geen goederenrechtelijk recht, doch slechts een verwachting van eigendom waarop geen zekerheidsrecht kan worden gevestigd.

Anderzijds de denkwijze dat met verkrijging van zaken geleverd onder eigendomsvoorbehoud wel een goederenrechtelijk recht voor de verkrijger aanwezig is. De argumentatie voor deze denkwijze is gezocht in het feit dat (rechts)handelingen met een beoogd (rechts)gevolg, zijnde (ver)koop en levering, hebben plaatsgevonden en dat de koper/verkrijger bescherming geniet bij een wilswijziging of faillissement van de verkoper/leverancier. Kort gezegd: de koper/verkrijger had meer rechten dan alleen de verwachting van eigendom, omdat aan alle eisen voor een goederenrechtelijke werking is voldaan behoudens dat nog (deels) betaling diende plaats te vinden.

Tot het arrest van de Hoge Raad van 3 juni 2016 was de eerstgenoemde zienswijze in de lagere rechtspraak heersend en werd deze gezien als de traditionele leer: geen volledige betaling --> geen eigendom --> vestiging van een zekerheidsrecht niet mogelijk.

Vanuit de praktijk (voornamelijk de banken/financieringspraktijk) en de literatuur kwam echter steeds meer de focus te liggen op de tweede denkwijze. De Hoge Raad heeft nu de traditionele leer verlaten en de discussie in het voordeel van de financieringspraktijk (pandhouder) beslecht.

Wat betekent dit voor u in de praktijk? Als leverancier van zaken onder eigendomsvoorbehoud kan het ingeval van faillissement van de koper/pandgever onder bepaalde omstandigheden interessant zijn om in contact te treden met de pandhouder (bank) van de koper/pandgever om een curator buitenspel te zetten. Immers, als de onder eigendomsvoorbehoud geleverde zaken alsnog worden voldaan (door bijvoorbeeld de bank), valt de zaak in zijn geheel onder het pandrecht en kan de pandhouder (bank) zich in het geheel verhalen op de zaak en is de leverancier in het geheel voldaan. De curator heeft het nakijken.

Voor de pandhouder (bank/financier) is het zaak om de bestaande pandakte te toetsen op de inhoud ervan voor wat betreft de vestiging van een pandrecht op voorwaardelijke eigendommen van de pandgever (geldlener) nu de Hoge Raad heeft geoordeeld dat voorwaardelijk eigendom (zaken geleverd onder eigendomsvoorbehoud) een eigendomsrecht is waarop een zekerheidsrecht kan worden gevestigd. Dit geldt echter alleen als in de pandakte expliciet is opgenomen dat het pandrecht ook is gevestigd op de voorwaardelijke eigendommen van de pandgever/geldlener.

Het voornoemde arrest van de Hoge Raad biedt mogelijkheden voor financiers, leveranciers en kopers van zaken onder eigendomsvoorbehoud.

Indien u met een situatie als voornoemd te maken hebt, kan Schol & Gorter Advocaten u bijstaan in toetsing van en advisering omtrent (bestaande) zekerheden, het verkrijgen van een (ruimere) financiering, alsmede een eventuele discussie met een curator.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Philippe Schol (053 431 00 63 of 06 40 94 77 79).

  

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.